Van ‘Walrussen’ tot ‘Beren’
Antwerpenaren doen al heel lang aan winterzwemmen in open lucht. In Antwerpen waren er al langer gekken die in putje winter in openlucht gingen zwemmen. Dit gebeurde echter op eigen initiatief en zeker niet georganiseerd.
De geschiedenis van onze club startte in 1922. Toen werd in Antwerpen een club gesticht met de naam ‘IJsberen’. Hun hoofddoel was om in de wintermaanden het openluchtzwemmen verder te zetten. In 1923 mochten deze IJsberen hun intrek nemen in het stedelijk openluchtzwembad (Zuiderzwembad) aan de Brederodestraat.
In 1959 kreeg de club de titel ‘Koninklijke Zwemclub’.
En tot 1968 bleef het Zuid de IJsberenbiotoop! 1968 ging niet alleen de geschiedenis in als jaar van de Parijse studentenrevolte of hoogtepunt van de flower power, maar ook als jaar van de sluiting van het zwembad op het Zuid, dat plaats moest ruimen voor de aanleg van de Antwerpse Ring.
De IJsberen moesten dus uitwijken naar andere oorden. Gelukkig werd al in 1967 een nieuwe zwemplek gevonden in Deurne-Zuid. Daar werd het openluchtzwembad in het Boekenbergpark het nieuwe nest van de IJsberen. De club was toen 45 jaar jong. Vijf jaar later, in 1972, werd het 50-jarig bestaan gevierd op het gemeentehuis van Deurne. Een gouden jubileum!
Rond die tijd kwamen er echter opnieuw problemen de kop opsteken. Het openluchtzwembad werd door bepaalde politieke groepen in twijfel getrokken. Hierdoor groeiden binnen de IJsberenfamilie twijfels. Kon de club wel blijven bestaan? Steeds meer leden zochten hun toevlucht tot het openluchtzwembad van Boom. Een andersdenkende groep wachtte af en bleef zwemmen in het Boekenbergpark. Uiteindelijk kon een breuk niet langer uitblijven. Een nieuwe vereniging werd in Deurne gesticht: ‘De Deurnese Walrussen’. Naast het zwemmen richtten zij zich ook op recreatie onder de vorm van joggen, turnen, volleybal en wandelen, alles met een niet-competitieve insteek.
In 1980 kreeg deze club een nieuwe naam: de Deurnese IJsberen vzw. Het was de geboorte van onze huidige club.
Ecologische zwemvijver
In 1996 kwam er onheilspellend nieuws: het Boekenbergzwembad zou gesloten worden. Daar heeft de Club zich natuurlijk stevig tegen verzet, met de steun van vele zomerzwemmers en sympathisanten! Het gemeentebestuur zag gelukkig in dat het openluchtzwembad Boekenberg omwille van haar ligging en sociale functie moest blijven bestaan.
In 2005 kwam er dan bijzonder goed nieuws: het openluchtzwembad – tot dan toe een chloorzwembad – zou tot een natuurlijke, ecologische zwemvijver worden omgevormd. Geweldig! Tijdens de werken hiervoor weken de IJsberen tijdelijk uit naar de visput van hengelclub Sodico in Wommelgem.
Op 6 juli 2007 werd de prachtige ecologische zwemvijver ingehuldigd, en de IJsberen – erg gereduceerd in ledenaantal – nemen opnieuw hun intrek in het Boekenbergpark. In dat jaar vierden we ook ons 30-jarig jubileum met een feest in het park.
Uiteraard is de ecologische vijver een topper, met zijn prachtige ligging en natuurlijk gezuiverd zwemwater. Menige IJsberenclub in binnen- en buitenland is stikjaloers op onze nieuwe thuisbasis. En met recht!
2022 is een mooi jubileumjaar, we vieren onze 45e verjaardag!
Openluchtzwemmen in Antwerpen
Is openluchtzwemmen een Antwerpse uitvinding? Het bekende chauvinisme van de Antwerpenaren zegt natuurlijk van wel. Feit is dat al in het begin van de 19de eeuw initiatieven werden genomen om in Antwerpen in openlucht te zwemmen.
In 1825 vat de Brusselse ondernemer Mees het plan op om een of twee boten met koude baden te installeren op de Schelde. Dergelijke boten lagen al op de Seine in Parijs en op de Main in Frankfurt. Helaas krijgt Mees geen toelating en bergt zijn plannen noodgedwongen op.
In 1836 krijgt ene J.G. Eberhart wél groen licht om een badboot aan te meren aan de Plantinkaai. Dadelijk na opening lopen de eerste klachten binnen: de badboot zou het laden en lossen van schepen hinderen. Kennelijk waren er toen ook al mensen tegen het zwemmen in de open lucht. De roep voor het openluchtzwemmen is daarmee echter niet verdwenen!
Op 14 december 1850 beslist de Antwerpse gemeenteraad om ten zuiden van de stad grond aan te kopen voor de aanleg van een openbaar zwembad — en een stortplaats. Gelukkig worden de plannen voor de stortplaats later opgeborgen.
In 1853 is het dan zover: het eerste stedelijke openluchtzwembad, ontworpen door stadsarchitect Pierre Bruno Bourla en met inplanting achter het Zuidkasteel, wordt geopend. Waarom zo ver buiten de stadskern? Er werd alleen maar naakt gezwommen – en dan nog uitsluitend door mannen! Het zwembad getuigde wel van enig technisch vernuft. Het werd via een sluis gevuld met Scheldewater. Bij laag tij liep het bad leeg en bij vloed vulde het zich automatisch. Van VLAREM-normen was nog geen sprake. Het zwembad van 150 m lang en 70 m breed kostte destijds 93.700 Belgische frank (of 2.322 euro). In 1874 beslist de Belgische Staat om op die plek een treinstation aan te leggen, en daarom werd het zwembad onteigend in 1876.
Antwerpen bleef echter niet bij de pakken zitten en keurde de plannen voor een nieuw openluchtzwembad van stadsingenieur Gustaaf Royers goed. Het werd een driehoekig (!) zwembad, 9.350 m² groot, en lag tussen de Brusselsestraat, de Brederodestraat en de nieuwe Zuidstatie. In 1878 starten de werken. Prijskaartje toen: 600.000 Belgische frank (i.e. 14.873 euro). Ook dit zwembad bevond zich een eind buiten de stad, nog steeds om dezelfde reden: naakt zwemmende heren.
Na veel heisa vanwege zwemgrage dames, werd in 1883 beslist om zwemkledij te verplichten. Wie zich geen badpak kon veroorloven, kon er een huren voor 5 cent per zwembeurt.
In 1933 kon je ook nog openluchtzwemmen in de vijver van het Noordkasteel, maar dit project was geen lang leven beschoren.